Ik moet mijn huis
nu op mijn schouders dragen
en in de aarde alles
wat teveel geworden is
begraven
Ik moet de noten
uit hun bolsters halen
en voedsel eten
dat ik nog niet ken
Ik moet mijn handen
in het koude water wassen
en zingen
tot mijn stem begeeft
Ik moet de rusteloosheid
niet verwarren
met verlangen
Ik moet mijn voeten warmen
bij het vuur