(c) tekening: Juliëtte Verberk
We wisten niet hoe mooi we waren
We schreven onze woorden in het zand
Ons onbewust van tij – of onbekommerd
We schepten water uit de zee
met onze handen – niets glipte
tussen onze vingers door, behalve
wat we al verloren waren, dat
leek ons veel – nu lijkt het
of we alles hadden –
Het is niet waar dat weet ik wel
maar laten we onszelf bedriegen
We wisten niet hoe mooi we waren