Ga nergens heen waar ik je niet
kan komen halen, zei ze. Maar zij
was het die ging, die verder ging
dan ik kon kijken, haar woorden
achterliet bij mij, de waanzin en
de onrust in haar hoofd ontvluchtte,
mijn ogen in een ander zocht.
Zij was het die, toen ik haar had
gevonden in het labyrint, mij
achterliet met al mijn wonden,
verhalen spon, de draad meenam –
zo mooi…!