Auteursarchief: Johanna

kamer

Ik wou dat ik in deze nacht
kon binnengaan als in een kamer
en dat ik achter mij de deur kon sluiten

maar vele nachten net als deze
liggen achter mij en ik ben ze vergeten
maar mijn lichaam niet.

Het weet dat nergens in dit on-
doordringbaar duister
beschutting is —

laat staan een deur

foto: stenen - mjp

leeuw

Wie zag de wilskracht van de leeuw
toen hij nog – lusteloos en vegeterend –
rondjes liep en op bevel zijn tanden
en zijn kunstjes toonde

aan leeuwentemmer en publiek

Maar nu hij op de bleke nek
van de dompteur – die was vergeten
dat een leeuw een leeuw is en geen kat –
zijn kaken heeft gesloten

stokt onze adem

Het was de meute honden
waar we ons voor hoedden –
niet een circusdier

 

foto: driekleur - mjp

materialist

Ik ben een materialist.

Ik hecht me aan Dingen. Ik wil dat ze hun maximale levensduur leven. Daarna leg ik me erbij neer dat ze eindig zijn. Niet eerder. Zo word ik in- en indroevig van slecht gemaakte dingen. Dingen die gemaakt zijn om te verkopen. Punt. Ze werken niet, ze deugen niet, ze zien eruit als het origineel, maar zijn het niet. Tangen bijvoorbeeld, waar je één keer een nagel mee uit een plank kan trekken. Hamers die hun kop verliezen bij de eerste slag. Fietsen waarvan een week na aankoop de remmen knappen en waar geen reserveonderdelen van bestaan. Als iets niet goedkoop gemaakt kan worden, maak het dan niet. Ik heb liever dat Dingen te duur zijn voor mij om ze te kunnen kopen, dan dat ik ze kan betalen, maar dat ze niet werken.

Wat ik koop – nieuw of tweedehands – of krijg – nieuw of tweedehands -, daarvan wil ik graag dat het meegaat. Want ik kan het niet helpen: ik hecht me eraan. Ik ben een materialist. Ik houd van de dingen in mijn omgeving, ik behandel ze met de egards die ze verdienen.
In ruil daarvoor wil ik graag dat ze doen waarvoor ze bedoeld zijn.
Helaas zijn er veel Dingen – of dingen – die dat niet kunnen. Ze zijn liefdeloos gemaakt om te verkopen, niet om te werken.
Maar waarom iets maken als het niet werkt? Waarom iets maken waarop je niet trots kan zijn? Waarom dingen de wereld in sturen die niet levensvatbaar zijn?

Dat begrijp ik niet – als materialist.

Mijn steelpannetje heeft het begeven. Het steelpannetje dat ik kreeg toen ik op kot ging. Het eerste Ding in mijn eigen keuken (die toen bestond uit één elektrisch kookplaatje zodat één steelpannetje dus ook volstond). Ik weet niet eens of het nieuw was toen. Misschien kwam het uit de keuken van mijn ouders. En nu, tweeëntwintig jaar later, is de steel afgebroken. De twee onderdelen zijn nog intact, alleen de samenhang ontbreekt.

En mijn eerste gedachte is: ik moet iemand vinden die het weer aan elkaar kan lassen. Want beide onderdelen kunnen nog eens twintig jaar mee – als de samenhang wordt hersteld. Dit Ding is nog niet aan zijn einde toe… Of ik ben nog niet toe aan het einde van dit Ding.

 

foto: steelpan - mjp

brug

foto: voetstap - mjp

I
Haar beentjes bungelen over de reling
Zij voelt achter zich de stappen vaag trillen
Hij staat achter haar legt een hand op haar schouder
zegt: Bruggen zijn soms gevaarlijke dingen

Ze spuwt in het water bijna op haar benen
Zijn hand gaat weer weg – nu staat hij naast haar
Hij leunt op de reling zijn hoofd op haar hoogte
en zegt: Van bruggen daar ga je van dromen

Ze duwt met haar ene voet tegen de andere
Wanneer de schoen loskomt zwaait zij
met haar been. Na de plons verschijnen
de kringen in ’t water

Hij staat recht als een vader – ze kan hem
niet zien maar ze weet dat zijn handen
verbijsterd hangen. Hij zegt: Ooit moet je
toch stoppen met dromen

En harder: Je moet op je sokken naar huis
Haar vrije tenen duwen tegen haar schoen
die valt met een plons in nog deinende kringen
Hij zegt niets. Ze voelt hoe zijn stappen vervagen

Ze voelt hoeveel harder de brug onder haar trilt
ze kijkt naar het water zegt:
dat schoenen niet drijven –
heb je me nooit verteld –

II
Ze ligt wakker in bed en kijkt hoe het dag wordt
Beneden hoort ze de stemmen al praten
Ze wil niet bewegen de droom niet verjagen
maar op straat rijdt een fietser luid bellend voorbij

Het rinkelen scheurt de droomvliezen open
De beelden zijn vaag en de stemmen zijn
dwingend. Wanneer ze zich aankleedt
betast ze haar vinnen –

Zij weten niets van de pijn in haar benen
de vlammende messen de gloeiende stenen
Zij denken dat ze een kind van hen is –
maar zij weet wel beter

III
De achterdocht kruipt langs haar benen omhoog
Ze voelt grote handen haar polsen omklemmen
Hij wil haar niet leren hij wil enkel zeggen
hoe zij het moet doen –

Ze laat haar benen naast de trappers hangen
Hij duwt haar geduldig zegt hoe ze moet remmen
Ze besluit dat ze het nooit
zal kunnen

De Tijd Hervonden 24-11-12

24 november, De Tijd Hervonden – Hasselt

Samen met Runa S. mocht ik enkele gedichten voorlezen op de poëzie-avond “A la recherche d’un poème” in De Tijd Hervonden, Witte Nonnenstraat 8, 3500 Hasselt. In dit gezellige boekencafé kwamen een tiental dichters aan bod. De dichter werd kort voorgesteld door iemand anders die ook de gedichten voorlas. Het was een interessante ervaring om mijn gedichten te horen voorlezen door Runa en om zelf die van haar voor te lezen.

‘De Tijd Hervonden’ is zeker een aanrader als je een keer in Hasselt bent. In het café liggen (met cellofaan beschermde) boeken die je mag inkijken. Achterin is een kamer die dienst doet als kunstgalerij en boekhandel, met leestafeltjes en een enorme boekenkast. Op regelmatige tijdstippen vinden er debatten plaats over literatuur, kunst of sociale thema’s en nodigt men auteurs en kunstenaars uit om te praten over hun werk.

foto: de tijd hervonden - Hasselt